Het is voor alle kinderen goed om te sporten. Het is goed voor zowel lichaam als geest en bovendien leren ze ook om om te gaan met zowel uitdagingen als leeftijdsgenootjes. Maar dan komt de vraag, hoe ga ik dat doen met mijn kind dat zich niet ontwikkelt zoals andere kinderen?
We zijn uiteindelijk begonnen met zwemmen. Als klein baby’tje was ik al met hem op babyzwemmen gegaan. Hij had de grootste lol en ging altijd met een big smile het water in. Het duurde dan ook niet lang voordat hij zijn teddyberen brons kreeg. Ik glom van trots en zag dat hij het prima deed. Echter, toen gingen we door naar teddyberen zilver. Achteraf gezien is dit een van de eerste signalen geweest dat mijn zoontje anders was dan anderen.
Anders dan anderen

Hij had moeite met het volgen van instructies waar andere kinderen meteen deden wat er van hen gevraagd werd. En waar de rest vrolijk het water in sprong, ging hij uiterst voorzichtig eerst op zijn knieën, daarna op zijn billen en bewoog hij zich heel langzaam het water in. Na een maandje of twee hebben we toen maar met pijn in ons hart besloten om het zwemmen even op pauze te zetten. Misschien was het gewoon te vroeg en was hij er nog niet klaar voor. Alle kinderen ontwikkelen zich anders, toch? Maar ja, toen wisten wij natuurlijk nog niet dat hij anders was dan anderen.
Jaren verstreken waarbij we niet meer zoveel aan zwemmen dachten. Hij werd ouder en tijdens de zomervakanties gingen we zwemmen en we merkten natuurlijk wel dat het voor zijn eigen veiligheid beter zou zijn als hij zwemlessen zou nemen. We wisten tegen die tijd wel al dat hij autisme had en dat een reguliere zwemschool het waarschijnlijk niet zou worden. Teveel kinderen, te druk, te gejaagd. Maar wat dan wel?
Een nieuwe poging
Na wat korte gesprekjes met moeders op de speelplaats kwamen we erachter dat er hier in de buurt een zwemschool is die ook kinderen die zich anders ontwikkelen accepteren. Dus, wij met onze zoon op naar de eerste zwemles. Het ging redelijk goed en hij had het heel erg naar zijn zin. Een paar weken later, echter, kwam de zwemjuf naar me toe. Ze had slecht nieuws voor ons. Onze zoon kostte toch wel meer tijd dan de andere kinderen. Tegen de tijd dat ze hem alles had uitgelegd zodat hij het begreep waren de andere kinderen al lang en breed klaar met de opdracht en stonden ze te wachten op het volgende onderdeel. Het raakte me heel erg.
Mijn zoon paste weer niet in de maatschappij. Hij was weer anders. En ja, natuurlijk weet ik dat. Maar gewoon thuis bij ons is hij gewoon wie hij is. Er staan geen andere kinderen naast waarmee hij vergeleken kan worden. Hij is goed zoals hij is en niet meer of minder dan anderen. Niet dat hij dat hoe dan ook ooit is, maar soms is het verschil in ontwikkeling tussen hem en leeftijdsgenootjes zo confronterend dat het me pijn doet. Gelukkig had ze een andere optie voor ons: in het bad ernaast was een andere vereniging actief. Twee zwemjuffen die in hele kleine groepen kinderen met speciale uitdagingen les gaven. Er was maar een probleempje: er was een wachtlijst.
Met vallen en opstaan

Het heeft ongeveer een half jaar geduurd voordat hij eindelijk zijn eerste zwemles bij de nieuwe juffen mocht hebben. Het was een beetje onwennig, hij vond het best wel eng om van de rand af het bad in te springen. Zittend en dan voorzichtig erin laten glijden ging nog net, en zijn hoofd onder water doen was al helemaal geen optie. Maar naarmate de maanden verstreken werd hij steeds zelfverzekerder. Langzaamaan begon hij al hurkend vanaf de kant het water in te gaan. Daarna toch wel al staand en uiteindelijk zelfs al een heel klein aarzelend sprongetje.
En natuurlijk ging het met vallen en opstaan (gelukkig niet letterlijk). Mijn hart brak toen hij na een zwemles huilend naar me toe kwam. Het was niet eerlijk. Andere kindjes mochten ringen opduiken en hij was ‘niet gehad’. De andere kindjes hadden zijn ring gepakt, hij kreeg geen kans. Hij was boos, gefrustreerd en heel verdrietig. Hij wilde net zoals de andere kindjes ook een ring opduiken.
Wat bleek nou, de andere kinderen waren enthousiast en die lieve kleine man van mij was niet snel genoeg. Er waren drie kindjes en twee ringen. Dus, na 5 minuten tranen en een klein gesprekje met de zwemjuf kwamen we met een oplossing. Volgende week kreeg hij zijn eigen ring in zijn eigen kleur en niemand anders mocht die ring opduiken behalve hij. De week erna vertelde hij me met fonkelende ogen van trots dat hij maar liefst twee keer een ring op had gedoken.
Anders, maar misschien wel nog meer bijzonder
Volgende week gaat hij op voor zijn B-Diploma. Hij kan onder een mat door zwemmen, hij springt vanaf een startblok het water in, hij kan watertrappelen, onder water door een ring heen zwemmen en nog veel meer. Hij is zo ontzettend gegroeid en hij heeft zoveel (letterlijke en figuurlijke) sprongen gemaakt dat ik er soms emotioneel van wordt. Als je toch eens ziet wat onze speciale kinderen allemaal kunnen bereiken als ze alleen al de kans krijgen en mensen de tijd en het geduld voor ze nemen. De maatschappij van nu is zo gejaagd, alles lijkt wel gericht te zijn op prestaties. Alles moet sneller en beter. Gewoon zijn lijkt soms niet eens goed genoeg.
Onze zoon is niet gewoon. Hij is buitengewoon. Hij blijft overeind in een maatschappij die niet zo goed bij hem past. Maar hij gaat elke nieuwe dag weer met plezier tegemoet. Het optimisme dat hij uitstraalt zie ik zelden bij de ‘reguliere’ mens. Overal om me heen wordt geklaagd en gemopperd en het lijkt wel alsof iedereen zich focust op wat er allemaal niet goed gaat. Elke dag wordt er wel ergens over geklaagd. Niet bij onze zoon. Hij is een zonnestraaltje die bij veel mensen een glimlach op hun gezicht brengt. En na volgende week, mag hij dat doen terwijl hij trots een B-diploma in zijn handen houdt. Wat ben ik toch ontzettend trots op je, kleine grote man.
Wil je op de hoogte blijven wanneer er een nieuwe blog online komt? Schrijf je dan nu in voor de nieuwsbrief
Geef een reactie